30 mei 2007
Het CDA en de BNN-donorshow
Tweede kamerlid Joop Atsma probeerde gisteren vergeefs minister Plasterk te bewegen om op voorhand een programma van BNN, dat a.s. vrijdagavond moet worden uitgezonden, te verbieden. De 'Donorshow' moet aandacht vragen voor het tekort aan orgaandonoren ter nagedachtenis aan BNN-oprichter Bart de Graaf (foto), een nierpartiënt, die vijf jaar geleden overleed. BNN heeft aangekondigd dat in het programma een terminale kankerpatiënte haar nieren ter beschikking gaat stellen. Ze maakt daarbij een keus voor een van drie patiënten. Het publiek kan via SMS's proberen haar keuze te beïnvloeden.
Als BNN dit plan doorzet (er gaan sterke geruchten dat het bij een plan blijft en dat het de omroep er vooral om te doen is aandacht te trekken voor het doel van de 'show': het tekort aan donoren terugdringen) wordt er wel weer een grens gepasseerd. Enige jaren geleden zond de IKON een verslag uit van de euthanasie van een patiënt dat veel stof deed opwaaien. Naar mijn smaak werd hier, ondanks de toestemming van betrokkene, de grens tussen de publieke en de private sfeer veel te ver overschreden. Dat BNN bij het onderwerp orgaandonatie nu ook nog een spelelement wil invoeren overschrijdt alle ethische grenzen. Het roept ook vragen op over de verantwoordelijkheid van medici. Werken zij zonder bezwaar mee aan zo'n 'verloting' van organen? Ik kan het me niet voorstellen.
Geheel anders ligt de verantwoordelijkheid van politici ten opzichte van de uitzending van het programma. De Grondwet is hierover volstrekt duidelijk: niemand heeft vooraf toestemming nodig, behoudens ieders verantwoordelijkheid voor de wet. Dus als BNN geen wet overtreedt met zijn 'donorshow' heeft de overheid geen recht van spreken. Voor het CDA en de andere christelijke partijen, zo bleek gisteren, mag de grondwet wel even opzij gezet worden in dit geval. Atsma wilde niet eens reageren op deze argumenten (van Femke Halsema) in het fragment van het debat dat Nova gisteren uitzond. Zijn enige doel is het tegenhouden van het programma. Hij toont zich eens te meer de verontwaardigde 'couch potatoe' die niet weet waar de knop van de televisie zit en telkens als hij iets ziet dat hem niet zint roept: 'Mag dat allemaal maar in dit land? Dat gaat toch te ver, dit kan toch echt niet...' etc. Een politicus hoort beter te weten. De grondwet beschermt in principe alle uitingen, ook de smakeloze. Het is niet aan de staat of de politicus om te bepalen waar de grenzen liggen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Wel hoor, het is wel aan een politicus om dat te bepalen. Als atsma de grondwet wil wijzigen dan kan dat. En daarom stem ik niet op hem. Want zo is het dan ook wel weer. Helaas is de kennis van dat verband bij velen een beetje weggezakt. Met als gevolg dat mensen als Atsma gezellig door mogen gaan als beroepspoliticus zonder enig verantwoordelijkheidsgevoel voor de rechtsstaat als geheel, of de moeizaam verworven rechten van de burgerij.
Een reactie posten