23 juli 2009

Afluisteren mag niet, huiszoeking wel


Twee verschillende rechters hebben zich vanmiddag uitgesproken over de acties van de politie tegen de Telegraaf naar aanleiding van de publicatie van AIVD-informatie. De ene rechter verbiedt het afluisteren van de journalisten. Op dat punt krijgt de Telegraaf gelijk. De andere rechter heeft bepaald dat de huiszoeking bij een van de journalisten en het in beslag nemen van documenten, notities en computerdocumenten rechtmatig was omdat er mogelijk sprake was van staatsgeheimen.
Voor het afluisteren was de AIVD in 2006 ook al eens gecorrigeerd. Ook toen ging het om De Telegraaf die diverse artikelen publiceerde over het circuleren van staatsgeheimen in het criminele circuit rond Mink K. In hoger beroep oordeelde het hof dat het afluisteren weliswaar in bepaalde gevallen was toegestaan maar dat in dit geval de dienst veel te lang was doorgegaan met afluisteren. De vraag is wat de AIVD van deze zaak heeft geleerd nu opnieuw op grote schaal journalisten zijn afgeluisterd.
Interessanter is nog een opmerking in het nieuwsbericht over de huiszoekingszaak. "Na deze uitspraak kan worden onderzocht of het inderdaad om staatsgeheime informatie gaat. " Kennelijk is de huiszoeking ook rechtmatig bevonden zonder dat vooraf is vastgesteld of het echt wel om staatsgeheime informatie ging. Is dat niet een vrijbrief voor invallen waar en bij wie je maar wilt?
Zou de AIVD dat niet vantevoren moeten laten toetsen? Ze wisten toch wat er gelekt was. Had minister Ter Horst niet wat strenger moeten zijn? Ik hoop dat onze volksvertegenwoordigers naar aanleiding van deze zaak de minister nog eens aan de tand gaan voelen over haar afweging tussen het belang van de persvrijheid en de staatsveiligheid. Dat de AIVD geen boodschap heeft aan de persvrijheid weten we intussen. De kernvraag is hoeveel ruimte de geheime dienst krijgt van de politiek die uiteindelijk verantwoordelijk is.

,

Geen opmerkingen: