13 juni 2011

Dilemma's rond een aardappelveldje


Het ontslag van de Leuvense onderzoekster Barbara van Dyck wegens deelname aan een actie tegen genetisch gemodificeerde aardappelteelt levert een interessante case op. De actievoerders claimen het recht om genetische modificatie te bestrijden. Het ontslag van een van hen zien ze als belemmering van de vrijheid om actie te voeren, een soort 'berufsverbot'. En tevens als een inperking van de vrijheid van meningsuiting. Ook de universiteit haalt dit grondrecht aan. Het ontslag wordt gemotiveerd met verwijzing naar de academische vrijheid. Onderzoek moet in vrijheid zonder inmenging van anderen kunnen plaatsvinden. Je vernielt niet het werk van je collega's. En er was in dit geval wel sprake van bewuste vernieling. Ook al trok Van Dyck zelf geen aardappels uit de grond, ze trad op als woordvoerder van de actiegroep Field Liberation Movement en nam achteraf ook geen afstand van de gebruikte methoden. Mark Waer, de rector van de KU Leuven:

"De vernieling van het proefveld getuigt van het gewelddadig verhinderen van de wetenschappelijk ondersteunde mening van de tegenpartij en van het moedwillig beschadigen van een door de wetgever goedgekeurd vrij onderzoek. Het schaadt daarmee twee fundamentele universitaire waarden: met name de vrije meningsuiting en de vrijheid van onderzoek. Dit laatste houdt in dat een wetenschapper met het grootste respect omgaat met het onderzoekswerk van collega’s, ook al vindt dit plaats binnen een andere universiteit of is men het oneens over de inhoud en impact ervan"

Dit standpunt wordt onder vuur genomen door een aantal collega-onderzoekers op het gebied van mensenrechten die van mening zijn dat de rector buitenproportioneel heeft gereageerd op deze actie. Allereerst had hij het resultaat moeten afwachten van gerechtelijk onderzoek. In hoeverre waren zij strafbaar volgens de wet? Maar vervolgens menen zij dat het ontslag ook een kwalijk effect kan hebben op het vrije academische debat:

"Wij vrezen dat KU Leuven-rector Mark Waer met dit ontslag in ons patattenveld niet slechts één plant heeft uitgetrokken, maar er een virus heeft binnengebracht dat de smaak van de vruchten grondig kan bederven en de academische biotoop aantast. In ons vakgebied noemt men dat virus het chilling effect: het is het gegeven dat zichtbaar en streng optreden tegen meningsuitingen leidt tot zelfcensuur die het debatklimaat verarmt. Een sanctie tegen één persoon smoort de meningsuiting van vele anderen. In omgevingen waar een vrije debatcultuur bij uitstek van belang is, zoals in de media, in de politiek of in de kunsten, maakt het chilling effect dat uiterst spaarzaam moet worden omgesprongen met restricties op de vrije meningsuiting."

Wat moet het zwaarst wegen? De vrijheid om je te verzetten tegen ontwikkelingen die een gevaar inhouden voor mens en milieu is een groot goed. Niet elk middel is geoorloofd, maar een zekere marge voor overtredingen van geldende regels mogen we toch wel in acht nemen. Anders kan Greenpeace meteen opgeheven worden, terwijl de resultaten van deze organisatie toch door velen gekoesterd worden. Vernieling van een aardappelveldje lijkt me binnen een acceptabele range te vallen. De actievoerders riskeren bewust een boete. Daar is niets mis mee, want daar staat tegenover dat ze hebben kunnen laten zien dat het hen menens is. Genetische modificatie is gevaarlijk.
Dat aan beide kanten een beroep wordt gedaan op de uitingsvrijheid is interessant. Ik kan moeilijk inzien dat vernieling van gewassen beschermd zou moeten worden door het recht op een vrije meningsuiting. De vrijheid van de wetenschappelijk onderzoeker heeft daar anderzijds wel iets mee te maken. Politieke sturing van onderzoek past niet in een democratische samenleving. De actievoerders hadden het resultaat van het experiment met de aardappels moeten afwachten voordat ze ingrepen. Maar het meest duidelijk is de uitingsvrijheid toch in het geding door wat de collega-onderzoekers het chilling effect van het ontslag noemen. Het disciplineren van de universitaire medewerkers om in het gareel te blijven van hun instituut. Academici moeten de ruimte krijgen om dwars te zijn. Anders kunnen zij hun maatschappelijke rol niet spelen. Daarom is het ontslag van de Leuvense onderzoekster inderdaad ook een aanslag op het vrije academische debat.
,