13 februari 2022

Intimiderende verontwaardiging


Eind vorig jaar schreef ik over een onderoek van het European Legal Support Centre (ELSC) dat pro-Palestijnse activisten juridisch bijstaat. Het instituut onderzocht 76 gevallen van pogingen activisten de mond te snoeren met beschuldigingen van antisemitisme. Een nieuw voorbeeld van een poging om alle kritiek op Israël in de kiem te smoren is de lastercampgane tegen de indieners van een Wob-verzoek naar documenten inzake de banden tussen universiteiten en Israël alsmede Nederlandse Israël gezinde organisaties. De initiatiefnemers hebben hun verzoek via The Rights Forum ingediend omdat ze vreesden voor schadelijke gevolgen voor hun carrières als zij dat zelf zouden doen. Universiteiten zijn geen veilige omgeving voor medewerkers en studenten die Israël-kritische activiteiten ontplooien, vertelden zij. Vaak leiden die tot protesten en campagnes van pro-Israëlische organisaties die open debat over Israël-kritische thema’s proberen te voorkomen, gewoonlijk door de betrokkenen van antisemitisme te betichten. 

Dat bleek goed ingeschat. Het Wob-verzoek leidde onmiddellijk tot felle beschuldigingen van de Israëllobby. In het Nieuw Israëlitisch Weaekblad schreef Esther Voet dat The Rights Forum ‘het antisemitisme niet schuwt’ en ‘liever ziet dat Israël als Joodse staat van de kaart wordt geveegd’. Ze sprak zelfs van een 'jacht op Joden'. Ronny Nafthaniel twitterde: ‘krankzinnig en discrimi­nerend WOB-verzoek – de Ariërverklaring revisited’. En voormalig PVV-Kamerlid Kortenhoeven maakte het nog bonter met een in het Duitse gestelde aanklacht tegen het 'SS-Totenkopfverbände The Rights Forum… Es sind dieselben wie früher.'  Opperrabijn Jacobs trekt een parallel tussen universiteiten die aan het Wob-verzoek willen voldoen met ‘de meeste burgemeesters die gedurende de bezetting netjes de namen van hun Joodse burgers aan de Duitsers doorgaven’.