23 januari 2018

Werknemers moeten zwijgen als hun instituut in opspraak is geraakt

De Groningse universitair docent Eelco Runia heeft zijn baan opgezegd vanwege het 'marktdenken' in zijn instituut, de bureaucratie en het gebrek aan eigen ruimte voor professionals. Een van de aanleidingen was dat hij als historicus voor een zaal met louter Nederlandse studenten in het Engels les moest geven. Zijn besluit om ontslag te nemen is ‘langzaam gegroeid’, schrijft het Dagblad van het Noorden. Op de letterenfaculteit spelen volgens hem allerlei zaken. Het ergst vindt hij de ‘chronische deprofessionalisering’. 'Er is steeds minder ruimte voor specialisering. De onderwijslast is heel hoog. Doorlopend word je onderworpen aan toetsingsmechanismen. De angst voor de visitatiecommissie op de universiteit zit heel diep.'
Het is een door velen herkend en onderschreven commentaar op de actuele situatie in onderwijsinstellingen. De controle op het werk van professionals is volledig uit de hand gelopen. En dat geldt niet alleen het onderwijs. Ook in de gezondheidszorg zijn vergelijkbare klachten te horen van met name hoog opgeleide professionals die alle ruimte voor een eigen, kreatieve invulling van hun taken ontnomen wordt en voortdurend worden lastiggevallen door functionarissen uit het management die hen met gedetailleerde regelgeving het leven zuur maken.

Ook het vrije woord moet het ontgelden. Runia heeft zijn ontslag middels een open brief in de NRC toegelicht. Hij kreeg veel instemming. Maar de Groningse universiteit verbood volgens Runia onmiddellijk werknemers en zelfs studenten hierover met de pers te praten zonder tussenkomst van voorlichtingsfunctionarissen. De belangen en de reputatie van het instituut gaan boven de vrijheid van meningsuiting van zijn werknemers.

16 januari 2018

Eert uw klokkenluider

Over klokkenluiders heb ik in de loop van de tijd op dit blog al veel geschreven, zoals hier, hier, hier en hier. Om een paar voorbeelden te noemen. Het is een treurig vervolgverhaal, gezien vanuit het oogpunt van de openbaarheid die zo wezenlijk is voor een goed functionerende democratie. Meestal verliest de klokkenluider het van machtige bazen die schending van de integriteit, fraude en ander dubieus handelen ter wille van hun positie en reputatie verborgen willen houden. "Drie op de vier klokkenluiders heeft negatieve gevolgen ondervonden als gevolg van zijn melding", schreef het Adviespunt Klokkenluiders van enkele jaren geleden. "Onder negatieve gevolgen wordt onder meer verstaan: pesten, buiten sluiten, het moeten ziekmelden, overplaatsing, demotie, het niet verlengen van een contract of ontslag."

Zoals Sheila Sitalsing in De Volkskrant schreef zijn klokkenluiders wel goed voor spannende speelfilms, maar eindigen zij in het werkelijk leven zelden als populaire types. Integendeel. Wie een misstand wil aankaarten moet er rekening houden dat je als klokkenluider veel shit over je heen krijgt en niet snel in het gelijk wordt gesteld. Uiteindelijk trekken de autoriteiten, de zittende bestuurders van instanties en bedrijven in de meeste gevallen aan het kortste eind. 

Na jarenlang soebatten in de Haagse politiek is er anderhalf jaar geleden eindelijk en beetje bescherming voor klokkenluiders geregeld. Sinds 1 juli 2016 is er een nieuwe wet en een Huis voor Klokkenluiders. Maar nauwelijks een jaar na de start van dit instituut is er al weer een crisis uitgebroken. Het Huis heeft nog geen enkel onderzoek afgerond. Er is verdeeldheid bij zowel bestuur als medewerkers, constateerde adviseur Maarten Ruys die de problemen moest onderzoeken. Bovendien ontbreekt bij de medewerkers draagvlak voor het bestuur als geheel. Ruys adviseert om een interim-bestuur verantwoordelijk te maken voor de herstart van het Huis voor Klokkenluiders 2.0. Begin deze maand is een interim-bestuurder benoemd door de minister van Binnenlandse Zaken.