De Europese Commissie wil het onkruidbestrijdingsmiddel Roundup niet verbieden. Er is al jaren een strijd gaande tussen milieubeschermers en de nationale en Europese overheid die de producent, het Amerikaanse bedrijf Monsanto, en de traditionele landbouw blijft beschermen. De beslissing over toelating van het middel is al enkele malen uitgesteld. Nu dreigt de tijdelijke vergunning die eind 2017 afloopt weer met tien jaar verlengd te worden.
De Europese Commissie kan de voortdurende twijfels over de veiligheid van glyfosaat, het omstreden gif in Roundup, niet wegnemen vanwege de geheimzinnigheid over het onderzoek dat aan een positief oordeel over het middel ten grondslag ligt. De EFSA, de Europese organisatie voor voedselveiligheid heeft voor de Commissie glyfosaat onderzocht en komt tot de conclusie dat er niks mis is met het middel. Daarbij baseert men zich onder meer op niet openbaar, zeer omstreden onderzoek dat in opdracht van het bedrijf zelf is uitgevoerd.
Sociaaldemocraten in het Europese Parlement zijn geschokt over het besluit van de Commissie, enkele liberalen hebben vragen gesteld. De fractie van de Groenen in het Europese Parlement heeft een rechtszaak aangespannen bij de Europese Hof van Justitie om openbaarheid af te dwingen.
Het IARC, een internationaal instituut voor kankeronderzoek dat verbonden is aan wereldgezondheidsorganisatie WHO, concludeerde eerder dat glyfosaat waarschijnlijk kankerverwekkend is. De EFSA wijkt hier nu van af zonder dat dit door parlementariƫrs kan worden gecontroleerd. Dat is in strijd met het Verdrag van Aarhus dat toegang tot informatie over
milieuaangelegenheden garandeert. “Na een jaar lang meerdere pogingen
gedaan te hebben om alle relevante informatie boven tafel te krijgen,
proberen we het nu via de rechter,” zegt Bas Eickhout, EuroparlementariĆ«r voor GroenLinks.
De EFSA zegt dat het onderzoek niet openbaar gemaakt kan worden omdat het bedrijfsgevoelige informatie bevat. Hier zit de kern van het probleem. Het particuliere bedrijfsbelang van Monsanto krijgt in de EU voorrang boven het publieke belang bij besluiten die de gezondheid van alle Europese burgers raken. Dit gaat veel verder dan het dispuut over een onkruidverdelgingsmiddel. Dit gaat over de vraag of het publieke belang bij die overheid in goede handen is. Het gaat uiteindelijk over vertrouwen in de overheid en de democratische instituties. Burgers moeten er op kunnen vertrouwen dat hun vertegenwoordigers alle informatie krijgen om namens hen een beslissing te nemen die in het algemeen belang is. Zij moeten op z'n minst een afweging kunnen maken tussen alle strijdige belangen om een keuze te kunnen maken. Dat sommigen van hen bij die beslissing bedrijfsbelangen uiteindelijk het grootste gewicht toekennen is bekend. Veel kwalijker is het als dit blind gebeurt omdat een deel van de nodige informatie als 'bedrijfsgeheim' wordt achtergehouden.
Bedrijven die met hun producten invloed hebben op de gezondheid en veiligheid van burgers, en dat betreft een flink deel van het bedrijfsleven met vele machtige multinationals, zouden geen geheimen mogen hebben voor volksvertegenwoordigers. Het wordt tijd om de openbaarheidswetgeving op nationaal en Europees niveau vergaand uit te breiden. Politici die het gebrek aan openbaarheid en de voortdurende geheimzinnigheid blijven verdedigen kunnen moeilijk aannemelijk maken dat zij het publieke belang inzake gezondheid en veiligheid adequaat kunnen verdedigen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten