Met enige regelmaat zien we in de pers berichten over de veroordeling van mensen die een agent hebben beledigd. Zo werd onlangs in Leeuwarden een 21-jarige veroordeeld tot 350 euro boete omdat hij had geroepen dat "alle polities" homo's waren. Het is niet bekend of de rechter de jongeman ook op zijn taalfout heeft gewezen. Je mag hopen dat de discriminerende implicatie van de belediging van de agent jegens een minderheidsgroepering in elk geval wel aan de orde is geweest. Maar daarvoor stond hij niet terecht. Het ging om de agent. Curieus is wel dat de verdachte zijn uitspraak deed omdat de agent hem niet geholpen had toen hij zijn in de war geraakte maat onder bedwang probeerde te houden. Vorig jaar werd in hoger beroep iemand weliswaar strafbaar geacht voor een belediging van een ambtenaar in functie maar hij hoefde de boete niet te betalen omdat een van de agenten buiten zijn boekje ging bij een aanhouding. Dat zijn collega's hadden toegekeken vonden de rechters echter geen excuus voor een belediging.
De grenzen die de rechters in dit soort gevallen stellen aan de uitingsvrijheid zijn ongewis. Ik heb hierover eerder hier en hier geschreven. In het geval van de man die een jack aanhad met de letters ACAB ( = All cops are bastards, om problemen te voorkomen uitgevoerd zoals op de foto) heeft de Hoge Raad na een langdurig proces eerdere vonnissen vernietigd. De Hoge Raad hield wel een veroordeling in stand wegens de kwalificatie 'mierenneuker' van een agent die een scooter controleerde. Interessant, ook in het licht van hierboven genoemde zaken is de veroordeling van een advocaat die een rechercheur een 'sukkel' had genoemd. In deze zaak werd het OM in 2010 niet-ontvankelijk verklaard in de
vervolging van acht verdachten, omdat sprake was van een fundamentele
inbreuk op de procesorde. In een moeizaam verlopen besloten getuigenverhoor had de advocaat zich de verzuchting 'sukkel' laten ontvallen. Het lijkt mij eigenlijk geen abnormale reactie in deze context. Overal elders zou deze kwalificatie als weliswaar onaangenaam maar niet buitensporig of onwettig worden opgevat. Maar in het geval van een agent worden de grenzen voor wat ontoelaatbaar is uiterst krap getrokken. Zelfs als hij zijn werk niet goed doet. Dat lijkt op het hoe dan ook geen enkele kritiek kunnen accepteren.
De trend om harder op te treden tegen mensen die ambtenaren in functie beledigen heeft een duidelijke politieke achtergrond. Het zero tolerance beleid tegenover mensen die het gezag onvoldoende respecteren heeft al jaren een breed draagvlak. In 2009 is de strafeis in strafvorderingsrichtlijn van het OM verdubbeld, een jaar later verdriedubbeld. Aanleiding is het toenemend aantal gevallen van geweld tegen gezagsdragers en anderen die beroepsmatig betrokken zijn bij opstootjes en ongevallen zoals ambulancemedewerkers. Het grootste aantal zaken onder de noemer 'geweld tegen ambtsdrager' (in tien jaar tijd met 600% gestegen) betreft belediging van agenten. Scheldpartijen van doorgaans dronken toeschouwers worden hier opgerekt tot bedreigingen en gewelddadigheid. Hoe zinvol is het hieraan eindeloze processen te wijden van een toch al overbezette rechterlijke macht?
De ratio achter de strafbaarheid van de belediging van een ambtenaar is functie is duidelijk. Het gaat niet om een persoonlijke belediging. De scheldpartij mag dan wel gericht zijn op een persoon, maar wat wordt bestraft volgens artikel 267Sr is het niet respecteren van het openbare gezag. Het gaat om de belemmering van de uitoefening van de publieke taak van de ambtsdrager. De agent is daar namens de gemeenschap om de openbare orde te handhaven. Wie dat op de een of andere manier verhindert moet daarvoor namens de gemeenschap boeten. De vraag is natuurlijk wanneer scheldwoorden het effect kunnen hebben dat de ambtsdrager zijn publieke taak niet meer kan uitoefenen. Dat is allemaal nogal subjectief.
Een juridische medewerker van het parket in Amsterdam schreef enkele jaren geleden in Delict en Delinquent over de verschillen die binnen het OM bestaan inzake de strafbaarheid van allerlei termen waarmee agenten worden beledigd. Als je alleen naar de opvattingen over de toelaatbaarheid van termen kijkt lijkt er een grote willekeur te bestaan. Maar die benadering is gezien de bedoeling van het wetsartikel natuurlijk wat te simpel. Uiteindelijk zou het vooral om de context moeten gaan waarin de belediging wordt uitgesproken en niet om de bewoordingen.
Als, zoals voormalig minister Ter Horst ooit stelde "een klap in het gezicht van de politie een klap in het gezicht van de rechtsstaat is", dan is de vraag of het beledigen van een agent in het verlengde moet worden gezien van het aantasten van de eer en reputatie van willekeurig wie. Als het echt gaat om de openbare orde zou de rechter in staat moeten zijn lange tenen van individuele ambtsdragers buiten de rechtszaal te houden. Ik ben het eens met de auteur van het artikel uit Delict en Delinquent (p. 17): "Voorwaarde voor strafbaarheid zou in de eerste plaats moeten zijn dat de agent in kwestie daadwerkelijk in het uitoefenen van zijn taken belemmerd wordt en/of dat daadwerkelijk afbreuk wordt gedaan aan diens gezag of het gezag van het gehele politieapparaat." Daarnaast zou terechte kritiek op de uitoefening van de publieke taak , al dan niet in een opwelling geuit, coulant meegewogen moeten worden. De rechtsstaat is er niet mee gediend als zijn ambtenaren geen kritiek zouden hoeven te dulden.
2 opmerkingen:
Als voorbeeld, niet gemeend, maar als voorbeeld!
Dag sukkel,
Dit ACAB-stuk is wel heel erg mierenneukerig!
Ik hoop dat die andere mafkezen en homo's van GL dat beter kunnen.
Ik meen dit niet echt! (geloof me), maar wilde het eens omdraaien for the sake of the argument.
Het beste bij belediging (van ambtenaar in functie) is om het eens op jezelf toe te passen in de betreffende situatie en dan te kijken hoe t voelt. Zo subjectief is het helaas vaak. Dat vind ik t mooie van het strafrecht.
Het leuke van deze discussie is dat belediging eigenlijk de ondergrens van het strafrecht is. Het is een van de lichtste misdrijven. Je kunt daar goed aan toetsen hoe het strafrecht nu uitwerkt.
De positie van de agent in dit soort zaken is soms een dat je denkt, goh, dat had zeker anders gekund en vaak ook, in de nachtdienst, met dronken mensen, in t openbaar, dit gaat wel ergens over. Je zult maar de hele avond dat gescheld over je heen krijgen en op een gegeven moment is het dan klaar.
Aan de andere kant, als ik hoor wat bijv. medewerkers van psychiatrische instellingen of ziekenhuizen accepteren als onderdeel van het werk en vervolgens met een burn-out thuis zitten, dat is ook niet goed.
Ik lees in je stuk dat je eigenlijk op zoek bent naar duidelijkheid, wat mag je wel en wat mag je niet zeggen. Door het contextvereiste is dat eigenlijk onmogelijk. Er is geen lijstje met scheldwoorden die wel en niet mogen.
Maar ik mis ook wel de creativiteit dan. De leuze ' Johnson Molenaar' uit de tijd van de Vietnamoorlog was wel erg goed bedacht.
Ik ben met je eens dat het strafbeleid op dit moment heel fors is. Iedere straf bij een strafbaar feit tegen medewerkers met publieke taak (ook onderwijzers, ambtenaren, voetbalscheidsrechters etc) wordt met 200% verhoogd. Voor beledigingen, het lichtste delict, tikt dat zwaar aan. In de praktijk wordt dit vaak gematigd.
Aan de andere kant, zie ik deze wettelijke begrenzing van beledigen niet als een begrenzing van de vrijheid van meningsuiting. Als iets beledigend is bedoeld en verder geen bijdrage levert aan enig maatschappelijk debat, dan is het een strafbaar feit.
groeten,
Jouke Osinga
Beste Jouke,
Dank voor je commentaar. Ik ben niet op zoek naar scheldwoorden die wel en die niet getolereerd kunnen worden. De contextvereiste begrijp ik (daarom hebben scheldwoorden op schrift in een discussie op internet ook een andere waarde dan scheldwoorden op straat bij een conflict met een agent).
Wat ik me afvraag is wat het zwaarst moet wegen. De belediging van de persoon van de agent of de belediging van het gezag als opmaat naar het hinderen van de publieke taak van de agent. In de Friese case die ik noemde hoorde een collega van de agent na afloop van het conflict de verdachte de gewraakte belediging uiten. De veroordeling is daarmee vooral gebaseerd op belediging van de persoon. Ik zou me kunnen voorstellen dat de strafbaarheid meer gekoppeld wordt aan de openbare orde. Als iemand met schelden en bedreigingen agenten probeert te intimideren en zo hun optreden hindert dan is de rechtsstaat in het geding. Dan zou ik geen moeite hebben met een boete. Als de grens getrokken wordt bij de lange tenen van de individuele agent betwijfel ik of we op de goede weg zijn.
Tot slot vind ik je laatste zin wel erg ver gaan. "Als iets beledigend is bedoeld en verder geen bijdrage levert aan enig maatschappelijk debat, dan is het een strafbaar feit." Ik hoop niet dat de rechterlijke macht wordt opgezadeld met vervolging van alle als belediging bedoelde uitingen. Schelden doet zeer, maar slaan veel meer, is een passend gezegde in dit verband. Je moet ook leren om boven rottig bedoelde opmerkingen te staan, ook als agent.
Een reactie posten