29 oktober 2016

AIVD krijgt ruimere bevoegdheden

Privacy First noemt het een draconisch wetsvoorstel, de aanpassing van de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten die het kabinet gisteren heeft ingediend. Het wetsvoorstel vormt een acute bedreiging voor de privacy van iedere Nederlander, volgens deze privacy-waakhond, vanwege de mogelijkheid die de AIVD krijgt om massale internettaps uit te voeren of zoals het ook wel wordt genoemd, een sleepnet uit te werpen over al het internetverkeer. "Met de invoering van de sleepnetbevoegdheid," schrijft David Korteweg van Bits of Freedom, "kunnen de geheime diensten straks alle communicatie van grote groepen onschuldige mensen – zoals alle appjes vanuit een bepaalde stad – in bulk verzamelen en vervolgens gaan analyseren." Ze mogen de data drie jaar opslaan.

Voordat de gemoderniseerde bevoegdheden worden ingezet, is toestemming van de minister en een onafhankelijke commissie met rechterlijke en technische achtergrond nodig, de zogeheten Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB), staat in het persbericht van minister Plasterk. De minister verdedigt zijn plannen met termen als 'modernisering', die noodzakelijk zijn vanwege technologische ontwikkelingen, en benadrukt de onafhankelijkheid van de toetsing. Ook de CIVD, de commissie die achteraf het handelen van de AIVD toetst wordt versterkt en gaat fungeren als klachtencommissie.

De noodzaak van de nieuwe maatregelen die terroristische aanslagen moeten voorkomen is omstreden. Bits of Freedom:  "Na vrijwel iedere aanslag die de afgelopen jaren in Europa is gepleegd, blijkt achteraf dat de geheime diensten of opsporingsinstanties de aanslagplegers al in het vizier hadden of dat er al informatie over hen voorhanden was. Bits of Freedom roept daarom het kabinet op om te investeren in het benodigde mensenwerk en verbetering van de samenwerking binnen en tussen de diensten. Dit zal daadwerkelijk de slagvaardigheid van de diensten verbeteren, zonder dat de hooiberg aan data vergroot wordt met informatie over onschuldige burgers".


De voorgestelde wetswijziging kan in de Tweede Kamer wel op een meerderheid rekenen. De PvdA zal haar eigen minister niet afvallen en de VVD neemt in het zicht van de verkiezingen, met de PVV als grootste concurrent, geen risico's als het gaat om terrorismebestrijding. Bovendien weten de Kamerleden dat een meerderheid van de kiezers verlies van privacy minder bezwaarlijk vindt dan een aanslag. Zo lang je maar overtuigend kunt volhouden dat met deze maatregel aanslagen voorkomen worden mag je dus wel op steun van de bevolking rekenen. De privacyvoorvechters zullen moeten hopen op een meer principiële opstelling van de Eerste Kamer, waar de regering geen meerderheid heeft, alhoewel ze die met steun van rechts ook daar gemakkelijk kan krijgen.

De principiële bezwaren tegen de verruiming van de bevoegdheden van de AIVD gaan wat mij betreft nog een stukje verder dan de bescherming van de privacy. Het gaat hier uiteindelijk om de verhouding tussen de staat en de burgers. In het boek Huis van Argus schrijft de politiek filosoof Huub Dijstelbloem over een onderbelicht aspect van de democratie: de transparantie van het bestuur voor de burgers. In de gangbare opvatting van democratie gaat het vooral om stemmen, meepraten, medezeggenschap, uiting geven aan je overtuiging. Maar democratie is ook inzage krijgen in de besluitvorming en de uitvoering van maatregelen, openbaarheid van bestuur, toezicht, controle. En dat laatste wordt steeds lastiger voor burgers bij de enorme complexiteit in het publieke domein door decentralisatie, privatisering, het op afstand zetten van diensten, etc. Gebleven zijn de verplichtingen voor burgers om zich bij alle mogelijke gelegenheden volledig uit te kleden. Ook het nieuwe complex van door de staat in het leven geroepen diensten en bedrijven heeft volledig zicht op burgers en is in staat iedereen uitvoerig te controleren. Omgekeerd is het voor burgers steeds moeilijker om inzage te krijgen in de handel en wandel van al die organisaties die hun leven verregaand beïnvloeden. De geschiedenis van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan als voorbeeld dienen. Het is tekenend dat de modernisering van deze wet na zoveel jaren nog steeds niet is afgerond, terwijl de staat nu met het wetsvoorstel van Plasterk wel zijn eigen bevoegdheden uitbreidt om bij de burgers een inkijkje te nemen. De eisen van de AIVD (en de zusterdiensten van bevriende mogendheden, vlak die niet uit) zorgen voor een nog grotere ongelijkheid in de machtsbalans tussen staat en burger. Een gezonde verhouding vereist openheid van twee kanten. En dat wordt in de Nederlandse democratuie steeds meer gemist.








Geen opmerkingen: