Het reclamespotje van de PVV dat vorige week donderdag in de zendtijd voor politieke partijen is uitgezonden heeft woedende reacties opgeroepen. In van bloed druipende letters en met onheilspellende thrillermuziek op
de achtergrond is het één lange waarschuwing tegen de islam. Moslimorganisaties hebben aangifte gedaan wegens haatzaaien. En er ligt ook een klacht bij de Ombudsman tegen de de NPO en het Commissariaat voor de Media. De NPO zegt geen verantwoordelijkheid te dragen voor deze uitzendingen.
Raad van Marokkaanse Moskeeën Nederland roept mensen op aangifte te doen. "Wilders gaat steeds een stapje verder. We hebben uit onze achterban veel verontruste en angstige reacties gekregen." Een woordvoerder verklaarde dat men niet alleen van het filmpje zelf is geschrokken, maar ook van het feit dat het zomaar uitgezonden kan worden in Nederland.
Wilders zoekt met zijn propaganda duidelijk de grenzen op van de wet. Hij jaagt mensen angst aan voor de islam. Maar vermijdt bewust te spreken over islamieten. In De Telegraaf zegt hij geen spijt te hebben van zijn campagnefilm. „Integendeel. Het is de waarheid. Niets tegen moslims als mensen, maar wel de tegen de islam als ideologie.” Hij weet dat godsdienstkritiek niet strafbaar is. Maar het gaat hier wel om wat meer dan een religieus dispuut.
Dit reclamespotje heeft de bedoeling niet-moslims angst aan te jagen. Het is tegelijkertijd buitengewoon bedreigend voor moslims. En als zodanig vind ik dat een toets aan de wet geen kwaad kan. Daarin staat dat iemand die 'aanzet tot haat tegen of discriminatie van mensen of gewelddadig
optreden tegen persoon of goed van mensen wegens hun ras, hun godsdienst
of levensovertuiging' strafbaar is (art. 137d).
Maar ook de politieke moraal is hier in het geding. Wilders gaat heel bewust steeds verder om zijn PVV overeind te houden. Hij kent geen enkele maat bij het verkondigen van zijn boodschap. En hij zet als rolmodel voor boze burgers een norm die volstrekt strijdig is met de democratie. Hoezeer je ook van mening verschilt, je hoort als politicus je tegenstander te blijven respecteren. Het schreeuwen en schelden op sociale media heeft zijn oorsprong in publieke figuren die geen maat weten te houden.
Wat Wilders niet begrijpt (of niet wil begrijpen) is treffend weergegeven door Michael Ignatieff:
“politicians need to respect the difference between an enemy and an
adversary. An adversary is someone you want to defeat. An enemy is
someone you have to destroy.”
En dat vernietigen begint met dreigende boodschappen.
[tekening: Jelle van Dijk, www.jellevandijk.org]
Geen opmerkingen:
Een reactie posten