10 mei 2019

Een onveilig klimaat voor journalisten

Ter gelegenheid van de Dag van de Persvrijheid publiceerde de Nederlandse Vereniging voor Journalisten (NVJ) een nieuw onderzoek naar bedreigingen, intimidaties en geweld waar journalisten mee te maken hebben. Twee jaar geleden is er al eens onderzoek op dit gebied gedaan door voormalig ombudsman Alex Brenninkmeijer en Marjolein Odekerken. De resultaten waren volgens de NVJ tamelijk verontrustend. In het nieuwe onderzoek van Odekerken en Laura Das was de focus gericht op vrouwen en online pogingen tot intimidatie. De helft van de vrouwelijke journalisten in Nederland heeft daar ervaring mee vanwege hun werk. Vooral vrouwen met een migratieachtergrond en freelancers melden vervelende incidenten.

Het onderzoek werd woensdag j.l. gepresenteerd op het Festival van het Vrije Woord in Hilversum waarna een forum de resultaten besprak. Opvallend is het verschil in bedreigingen tussen mannen en vrouwen. Mannelijke journalisten hebben ook te maken met bedreigingen, en soms zelfs fysiek geweld. Misdaadverslaggevers Paul Vugts en John van den Heuvel hebben zelfs politiebescherming. Vorig jaar zijn de gebouwen van de Telegraaf en Panorama door criminelen vernield (een van de redenen waarom Nederland een plaats is gezakt op de Persvrijheidsmonitor). Maar de bedreigingen van mannen betreffen vrijwel altijd wát ze schrijven of filmen, terwijl vrouwen online geconfronteerd worden met seksistische en racistische uitingen vanwege hun identiteit. NRC-columniste en forumlid Clarice Gargard: 'De boodschap is eigenlijk dat ik niet thuis hoor in het publieke debat.' De vertegenwoordigster van SOFO, een door de OVSE geïnitiëerd programma voor de Safety of Female Journalists Online, zei het zo: mannelijke journalisten worden aangevallen op hun standpunt, vrouwen omdat ze een überhaupt een standpunt naar buiten brengen; en des te vaker naarmate het een dissident standpunt betreft.


Impact

'De impact van die bedreigingen is fors. Enerzijds gaat het om mentale schade, dat wil zeggen stress, angst, slapeloosheid, PTSS. Sommigen komen terecht in de Ziektewet. Ook zijn er grote gevolgen voor de wijze waarop de journalisten te werk gaan en waarbij zelfcensuur op de loer ligt. Ze behandelen bepaalde onderwerpen niet meer (18%), mijden locaties, evenementen of bepaalde groepen (23%), breken vroegtijdig werk af (12%) en zijn bang om bepaald nieuws naar buiten te brengen (27%).'

Wat te doen

In het debat tijdens het Festival van de Vrije Woord constateerde moderator Joost Vullings dat niemand maatregelen bepleitte die de online bedreigingen misschien zouden kunnen stoppen, zoals opheffing van de anonimiteit op sociale media. De vraag is meer hoe je er mee om gaat. Hoe reageer je op online intimidaties en bedreigingen? Bij voorkeur niet, of in elk geval niet te veel, anders kom je niet meer aan je werk toe. Maar toch. Zo'n scheldpartij via Twitter of Facebook gaat je niet in je koude kleren zitten. Aangifte doen is niet altijd aan de orde omdat de grens van de strafbare uitingen in veel gevallen niet wordt bereikt. Maar als die overschreden wordt zou je toch wel naar de politie moeten stappen, ook al kost het veel tijd. Er is behoefte aan een richtlijn om dat te kunnen beoordelen:  wanneer is een bedreiging of intimidatie mogelijk strafbaar?
Wat vervolgens door meerdere discussianten werd beklemtoond is het belang van een organisatie die achter je staat als je bedreigd wordt. Het moet niet het probleem worden van de bedreigde persoon. Onderzoekster Marjolein Odekerken benadrukt het belang van de bereidheid om er een collectieve zaak van te maken: onderlinge solidariteit moet leiden tot krachtdadig optreden en minder individuele kwetsbaarheid. Zij pleit onder meer voor cursussen en trainingen en het agenderen van het onderwerp op de redactie in groepsgesprekken.

Geen opmerkingen: