De Groene Amsterdammer besteedt deze week aandacht aan bedreigingen die Turkse Nederlanders krijgen als ze zich kritisch uitlaten over Erdogan, of de Armeense genocide erkennen, zich afkeren van de islam of steun geven aan het Koerdische bevrijdingsleger PKK. Ze krijgen te maken met aanvallen op sociale media, persoonlijke bedreigingen, stalking en aangiftes bij het consulaat waar ze geregistreerd kunnen worden als Turkije-vijandig. Het zijn met name bekende Nederlanders, Kamerleden en journalisten die hier last van hebben. Sommigen zeggen dat het leidt tot zelfscensuur. Ze houden zich in, niet alleen in hun eigen belang, maar ook omdat ze familie in Turkije hebben die ze vrezen nooit meer te kunnen bezoeken als ze bij de Turkse politie op de zwarte lijst staan.
De schrijfster Lale Gül heeft na bedreigingen uit Turks-nationalistische en islamitische hoek verklaard niet langer over de islam te schrijven. Ze verwacht dat ze Turkije niet meer binnenkomt. ‘Ik doe zeker aan zelfcensuur’, zegt Aylin Bilic in De Groene. ‘Kijk naar mijn columns… wat ik daar soms wil zeggen, zeg ik niet of omfloerst. Ik ben constant aan het balanceren.’ ‘Langzamerhand ben ik opgehouden met twitteren over Turkije’, zegt gemeenteraadslid Alptekin Akdogan. ‘Als je vraagt: is dit zelfcensuur? Dan zeg ik ja. Het kwam te dichtbij.’
De 'lange arm van Erdogan' die Turkse migranten in alle Europese landen het leven zuur kan maken is kenmerkend voor het autoritair nationalistische regime. Tegelijk is het feit dat Turkse Nederlanders elkaar de mond snoeren ook een Nederlands probleem dat we niet zomaar kunnen negeren.
Politie
De schrijver Celal Altuntas, die de begrafenis van zijn vader moest missen nadat er in Nederland over hem was geklikt, ging meermalen vergeefs naar de Nederlandse politie. ‘Ik heb vaak tegen de politie gezegd: zeg gewoon dat jullie niks voor me doen. Zeg het gewoon eerlijk. Als iemand mij met naam en toenaam bedreigt of ik krijg onthoofdingsfilmpjes en er gebeurt niks mee… Soms moet ik er zelf achteraan en dan krijg ik uiteindelijk bericht: we doen er niks mee.’ Bij Lale Gül, die met haar boek over het conservatieve nationalistische milieu waarin ze opgroeide veel media-aandacht kreeg, greep de politie wel in. Er werden jonge mannen opgepakt. De ongemakkelijke vraag is volgens De Groene: hoe zit het met onbekende Nederlanders met Turkse wortels? Wie beschermt hen wanneer zij zich uitspreken? Inderdaad, ongemakkelijke vragen. Worden die bedreigingen misschien gezien als een inter-Turkse kwestie waar Nederland geen boodschap aan heeft? Krijgen Turkse Nederlanders wel dezelfde aandacht en behandeling als het gaat om schending van hun grondrechten? Hier gaat het niet alleen om de uitwassen van een dictatuur, maar ook om de vraag hoezeer Turkse Nederlanders nog steeds worden gediscrimineerd, hoe ver we nog verwijderd zijn van een integratie van alle nieuwkomers.
DENK
De tweede Nederlandse link bij deze pogingen om mensen te belemmeren in hun uitingsvrijheid is gelegen in de rol van de politieke partij DENK. Deze partij nam enige jaren gelden Kamerleden met een Turkse achtergrond van andere partijen onder vuur nam in videofilmpjes als ze iets anders hadden gezegd dat als Turkije-vijandig kon worden geïnterpreteerd. Wanneer de DENK-leider van dat moment Kuzu op een Turkse televisiezender Turkse burgers in Nederland oproept om Kamerleden aan te spreken zodat ze ‘kleur bekennen’, stijgt het aantal bedreigingen enorm. Dit is het moment dat de grootste pro-Erdogan-krant de vijf Kamerleden groots uitlicht als landverraders. ‘Mijn collega’s en ik hebben bijna een jaar niet buiten rond kunnen lopen zonder belaagd te worden’, zei VVD-Kamerlid en inmiddels staatssekretaris Dilan Yeşilgöz-Zegerius. Het vermoeden dat DENK banden heeft met het Turkse regime is sinds die tijd niet meer verdwenen.
Ongetwijfeld spelen de sociale media die alles uitvergroten en polariseren hier ook een rol. Des te groter wordt de verantwoordelijkheid van politieke leiders die met hun uitspraken olie op het vuur kunnen gooien. Zoals Wilders met zijn uitspraak over de pers als 'tuig van de richel' nog meer mensen kan aanzetten tot bedreiging van journalisten, kunnen leiders van DENK ook hun volgelingen verleiden tot acties die Turkse Nederlanders in gevaar kunnen brengen. Voor een gezond debatklimaat zou het goed zijn als zij zich van deze verantwoordelijkheid bewust zijn.
[de foto is van een demonstratie in Keulen in 2013, Go to Hell Erdogan, strassenstriche.net CC]
Geen opmerkingen:
Een reactie posten