Het komt niet geheel onverwacht. De minister van Justitie van het nieuwe kabinet-Schoof David van Weel (VVD) wil nagaan of er ‘binnen de grenzen van het demonstratierecht’ ruimte is om beperkingen op te leggen aan demonstranten. Hij wil niet over een inperking van het demonstratierecht spreken, maar wel grenzen stellen. Wat is het verschil, vraag je je af. Een belangrijke reden voor zijn plan: mensen begrijpen niet dat een overmacht aan agenten moet worden ingezet voor demonstranten die zich op de snelweg vastplakken terwijl die agenten elders nodig zijn voor een voetbalwedstrijd of een festival. En de agenten begrijpen het zelf ook niet.
Het is het populisme ten voeten uit. Het volk wil festivals en voetbal. En doorjakkeren op de snelweg. Dus weg met die demonstranten. Dat grondrechten door veel mensen niet goed worden begrepen is niet zo verwonderlijk. Juridische zaken zijn niet altijd even simpel. Maar van een minister van Justitie mag je verwachten dat hij de wet kan uitleggen én verdedigen. En niet dat hij onbegrip beloont met juridisch discutabele maatregelen.
Dat Van Weel de klimaatactivisten noemt in zijn voorbeeld en niet de boeren van zijn coalitiegenoot die zonder veel tegenstand snelwegen mochten blokkeren is ook niet bepaald geruststellend. Kennelijk is deze regering niet vies van het maken van inhoudelijke keuzes terwijl de overheid zich volgens de wet en internationale verdragen juist moet onthouden van bemoeienis met de inhoud en het doel van een demonstratie.
Ordeverstoring
Van een liberaal zou je meer respect verwachten voor vrijheidsrechten. Maar is de coalitiegenoot VVD nog wel liberaal? In het hoofdlijnenakkoord van de coalitie staat dat er een scherper onderscheid gemaakt moet worden tussen `(vreedzaam) demonstreren en ordeverstorende acties’. Een passage die de gemiddelde automobilist wel zal bevallen maar die nogal wat problemen kan opleveren als het op uitvoering aankomt. Ten principale verstoren demonstranten altijd de orde. Ze zijn het namelijk niet eens met de bestaande orde en willen dat laten zien. Daar hebben zij volgens artikel 9 van de Grondwet ook het recht toe, al is het niet met alle middelen. 'De wetgever kan dit recht beperken ter bescherming van de gezondheid, in
het belang van het verkeer of ter bestrijding of voorkoming van
wanordelijkheden.' Daarover gaat de Wet Openbare Manifestaties. En dan is er ook nog altijd het strafrecht om grenzen te stellen. Waarom moet Van Weel hier nu wat aan gaan veranderen?
Voor de huidige regering is het kennelijk allemaal niet voldoende. Maar hoe wil de fractie-Wilders gevoelige begrippen als 'vreedzaam' en 'wanordelijk' invullen? Ik denk dat Van Weel het niet makkelijk krijgt met zijn 'niet-beperkende beperkingsmaatregelen'. De kans op uitglijers is niet uitgesloten als het er vooral om gaat voetballiefhebbers en festivalbezoekers tegemoet te komen en zo het naar orde snakkende volk gerust te stellen.
De agenten die afgelopen weekend zelf in actie kwamen voor een betere pernsioenregeling en daarom geen ordehandhavingsactiviteiten op zich namen bij enkele voetbalwedstrijden hebben overigens laten zien dat het ook zonder hen veilig genoeg was rond de stadions.
[foto: Roel Wijnants CC]
Geen opmerkingen:
Een reactie posten