19 november 2017

Dit is nepnieuws 'omdat ik het zeg'

Was het een toevallige samenloop van omstandigheden? Zowel in Spanje, Engeland als Nederland waarschuwden ministers de afgelopen week voor nepnieuws, meer in het bijzonder voor nepnieuws dat vanuit Rusland zou worden verspreid. De nieuwe minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren, die over de AIVD gaat, schreef een brief aan de Tweede Kamer op verzoek van CDA-fractieleider Van Haersma Buma. "Nederland staat in het vizier van onder meer Russische inlichtingendiensten," volgens de minister. " Naast deze klassieke inlichtingenoperaties via inlichtingenofficieren zet Rusland ook digitale middelen in voor beïnvloeding van besluitvormingsprocessen, beeldvorming en de publieke opinie. Ook in Nederland zijn er dossiers en (politieke) processen die voor Rusland van belang zijn en waarbij beïnvloeding en manipulatie een voorstelbare dreiging zijn, bijvoorbeeld het MH-17 proces."
Dat was een pikant voorbeeld voor Buma, enkele dagen nadat zijn fractiegenoot Omtzigt zijn excuses had moeten aanbieden voor het souffleren van een 'nepgetuige' op een hoorzitting over de ramp met de MH-17. Dat nieuws, vorig weekend door de NRC naar buiten gebracht, is door een andere aanwezige bij de hoorzitting overigens gekwalificeerd als 'nepnieuws'. De suggestie van de krant dat Omtzigt met opzet deze getuige opvoerde wijst VU-docent Erik Denters met klem van de hand. Maar tendentieuze journalistiek is nog geen 'nepnieuws'.


Minister Ollongren hanteert in haar brief een betere, beperkte definitie van nepnieuws.  "Deze vorm van politieke beïnvloeding omvat de integrale, veelal heimelijke inzet van (drog-) argumenten, selectieve informatie en desinformatie (omtrent politiek gevoelige thema’s) ten behoeve van het realiseren van politieke doeleinden richting een vooraf bepaald publiek." Niks nieuws, voegt ze er terecht aan toe. Het internet biedt tegenwoordig wel veel meer mogelijkheden om op deze manier politiek te bedrijven. Want dat is het in feite: heimelijke politiek bedrijven door middel van het opzettelijk verspreiden van foutieve informatie. Het gaat niet enkel om foutieve informatie. Nepnieuws is niet hetzelfde als  propaganda, een eenzijdige voorstelling van zaken, bewerkt beeldmateriaal. Het is niet wat Trump nepnieuws noemt en het is bepaald ook geen uitvinding van de Russen. Het gaat om een eeuwenoude truc van geheime diensten: de tegenstander ontregelen door de verspreiding van leugens en geruchten.



Rusland zal geheel volgens de traditie de beschuldigingen van Nederland, Engeland en Spanje ongetwijfeld afdoen als 'nepnieuws'. En het vervelende is dat we dit op geen enkele manier kunnen weerleggen. Want hoeveel aanwijzingen er ook zijn voor ontregelende informatie vanuit Rusland, een afdoende bewijs voor de verantwoordelijkheid van de Russische staat zullen we waarschijnlijk nooit krijgen. Niet alleen vanwege het heimelijke karakter van de operaties dáár, maar ook vanwege het gebrek aan openheid hier. Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid Dick Schoof, die afgelopen week in het EO-programma 'Dit is de Dag' alle ruimte kreeg om de waarschuwing van de regering zonder veel tegenspraak toe te lichten, was daar heel eerlijk over. Op de vraag of hij wat voorbeelden kon geven, zei hij: 'Het gaat om heimelijke beinvloeding, en dat betekent dat je er vaak achter komt op manieren die je ook niet wil laten weten. Maar er zullen in de toekomst nog wel meer voorbeelden komen.' Het klassieke argument van de geheime dienst: helaas kunnen we u niet vertellen hoe we aan deze informatie zijn gekomen, want dan geven we onze bronnen en methoden prijs, maar gelooft u ons maar dat het zo is. 'Alsof de politie waarschuwt voor een gevaarlijke crimineel, maar z’n signalement geheim houdt', schrijft Roderick Veeloo van RTL-Z.

Er was ooit een tijd waarin de overheid niet te klagen had over vertrouwen. Maar vandaag de dag kunnen Ollongren en Schoof toch niet langer volstaan met algemene verwijzingen naar gevaren. Veeloo: 'Als de minister en de coalitiepartijen niet met bewijzen komen dat onze meningsvorming onder vuur ligt vanuit een ander buitenland, dan bewijzen ze ons en onze veiligheid een slechte dienst. “Omdat ik het zeg” was misschien iets voor vaders van vroeger, maar een betrouwbare overheid komt er natuurlijk niet mee weg. En het kweekt al helemaal geen weerbare burgers.'

Daar komt nog iets bij. Het kabinet toont zich bij monde van minister Ollongren alert voor heimelijke beïnvloeding bij de komende gemeenteraadsverkiezingen én bij het referendum over de WIV. Daarbij zouden die 'weerbare burgers' het onze eigen regering wel eens lastig kunnen maken met een afwijkend standpunt over veiligheid en de bevoegdheden van de AIVD. Gaat de dienst dan ook op zoek naar heimelijke beïnvloeding uit het buitenland die er op gericht is de macht van de dienst zelf te ondergraven? En zal de AIVD dan ook weer met veel verontschuldigingen over de geheimhouding gaan waarschuwen voor beïnvloeding zonder met harde bewijzen te komen? En gaan we dat dan geloven? Ollongren schrijft in haar brief: "Het is van belang dat de maatschappij zich bewust is dat de digitale dreiging zich in de volle breedte ook in Nederland kan manifesteren. Het kabinet blijft zich dan ook inspannen om dit bewustzijn te stimuleren." Ik mag hopen dat dit de burgers alert houdt voor nepnieuws van alle kanten, inclusief dat van de eigen overheid.








Geen opmerkingen: